Illustratief voor Nederland tijdens de coronacrisis: totaal verlaten winkelcentra. Het merendeel van de winkels gesloten. Alleen de supermarkten, bakkers en slagers zorgen nog voor het laatste restje leven in de normaal drukke en gezelliger winkelgebieden.
Een rondje door Winkelcentrum Haarlem-Schalkwijk maakt je bewust van meerdere kanten van de coronacrisis. Allereerst de enorme klap voor het Nederlandse bedrijfsleven. Winkels waarvan de omzet binnen een tijdsbestek van enkele weken tot nul is teruggevallen en daarom de deuren hebben moeten sluiten omdat ze alleen al de personeelslasten niet meer kunnen dragen. 
Moeilijke tijden dus ook voor personeel. Vast personeel dat terecht bang is voor het voortduren van hun arbeidscontract, om maar te zwijgen van uitzendpersoneel, weekend- en vakantiekrachten. In dat laatste geval veelal scholieren die daarmee weer hun vakanties, sociaal leven, maar ook vaak weer een deel van hun studies bekostigen. 
Maar ook toont het lege winkelcentrum aan dat er massaal gehoor wordt gegeven aan de oproep van de overheid om binnen te blijven en alleen, als je gezond bent, naar buiten te komen voor de noodzakelijke boodschappen.
Hoe lang deze situatie gaat duren weet nog niemand. En wat Schalkwijk betreft: er komt een moment dat de coronacrisis achter ons ligt. En dan staat er waarschijnlijk een nieuw winkelcentrum te wachten waar op dit moment nog keihard aan word gewerkt. 
